Panus conchatus foto en beschrijving
Panus oor (Panus conchatus)
Systematiek:- Afdeling: Basidiomycota (Basidiomycetes)
- Onderverdeling: Agaricomycotina
- Klasse: Agaricomycetes (Agaricomycetes)
- Subklasse: Incertae sedis (niet gedefinieerd)
- Bestelling: Polyporales
- Familie: Polyporaceae
- Geslacht: Panus (Panus)
- Visie: Panus conchatus (Panus oor)
- Andere namen voor de paddenstoel:
- Zaagblad
Synoniemen:
- Lentinus torulosus
- Zaagblad
Externe beschrijving
Hoed: de grootte van de diameter van de hoed varieert van 4-10 cm Bij jonge paddenstoelen is het oppervlak van de hoed lila-rood, maar wordt dan bruinachtig. De volwassen paddenstoel wordt bruin. De dop heeft een onregelmatige vorm: schelpvormig of trechtervormig. De randen van de dop zijn golvend en licht gekruld. Het oppervlak van de pet is hard, kaal, leerachtig.
Platen: vrij smal, komt niet vaak voor, net zoals de dop hard is. Bij een jonge schimmel hebben de platen een lila-roze kleur en worden ze bruin. Ga langs het been.
Sporepoeder: witte kleur.
Been: zeer kort, sterk, versmald aan de basis en bijna lateraal ten opzichte van de dop. 5 cm hoog, tot twee centimeter dik.
Pulp: wit, hard en bitter van smaak.
Verspreiding
Panus auriform wordt gevonden in loofbossen, meestal op dood hout. De paddenstoel groeit in hele trossen. Het draagt de hele zomer en herfst vruchten.
Eetbaarheid
De oorpannus is weinig bekend, maar niet giftig. De paddenstoel zal de persoon die hem heeft opgegeten geen kwaad doen. Het wordt vers en gebeitst gegeten. In Georgië wordt deze paddenstoel gebruikt bij het maken van kaas.
Gelijkenis
Soms wordt Panus oorvormig aangezien voor een gewone oesterzwam.
Pannus heeft oorachtige kleur en de vorm van de dop kan afwijken. Jonge exemplaren hebben een karakteristieke kleur met een lila tint. Het is vrij eenvoudig om een jonge paddenstoel aan deze eigenschap te herkennen.Opmerkingen